Een vaste rubriek waar we een door de wol geverfde Indische Onderzoeker aan het woord laten. Adriaan Intveld is al behoorlijk lang lid van de IGV, schrijft regelmatig artikelen voor de Indische Navorscher en heeft de vereniging gediend als penningmeester.
Adriaan, wanneer ben je begonnen met het onderzoeken van je Indische geschiedenis?
Het is al een tijd geleden dat ik me ben beginnen te interesseren in mijn Indische familiegeschiedenis, dat moet begin jaren ’80 zijn geweest. Ik herinner me het nog goed: ik kwam uit school en er lag een dikke envelop op tafel, afkomstige van een zekere mevrouw Wethmar-Haverkorn van Rijsewijk. Ik kende haar niet, maar zij bleek af te stammen van een zuster van mijn overgrootvader. Zij had er haar levenswerk van gemaakt om alles wat te maken had met de familie Intveld uit te zoeken. Ik kwam er via haar dus achter dat stamvader Theunis In’tveld nog ten tijde van de VOC naar Oost-Indië was getrokken. Hij was aangemonsterd als ondertimmerman en kwam in 1790 in Padang aan, waar hij een (zeer kroosrijk) gezin stichtte. Hij wist na de ondergang van de VOC een succesvolle carrière op te bouwen als ambtenaar en bestuurder en behoorde bij zijn overlijden (op bijna 79 jarige leeftijd, destijds ongekend, zeker in de tropen) tot de meest invloedrijke personen van Padang. Vandaar dat hij het zich ook kon veroorloven om zich te laten portretteren (foto).
Voor mij was die handschrift genealogie van mevrouw Wethmar-Haverkorn van Rijsewijk natuurlijk fantastisch om te lezen omdat ik toen nog niet zo veel over de Intvelds wist: mijn vader Teunis Barthelomy Intveld (1930-1965) was al een paar maanden na mijn geboorte overleden dus aan hem heb ik nooit iets kunnen vragen. Met de rest van de familie hadden we destijds niet zo veel contact.
Wat triggerde je destijds? Op welke vragen wilde je een antwoord vinden?
Omdat er al zoveel was uitgezocht had ik lange tijd eigenlijk geen behoefte om een en ander nog verder uit te zoeken, totdat ik in de zomer van 2002 het ereveld Menteng Pulo in Jakarta bezocht. De as van mijn opa Adriaan Intveld (1897-1943) staat daar bijgezet in het columbarium, hij overleed als krijgsgevangene in Japan. Die gegevens waren natuurlijk allemaal bekend, maar op Menteng Pulo ontdekte ik het destijds mij onbekende gedenkboek van de oorlogsslachtoffers die geen graf hebben. Daar vond ik de namen van een aantal mij onbekende Indische Intvelds. Toen heb ik besloten om bij thuiskomst alles verder uit te gaan zoeken en ben ik ook lid geworden van de IGV.
Door een slopende ziekte kon mevrouw Wethmar-Haverkorn van Rijsewijk trouwens ook niet meer aan de genealogie werken. Ik heb haar werk toen eigenlijk voortgezet. Kort na haar dood is de genealogie van de Indische familie Intveld gepubliceerd in De Indische Navorscher (2004, nr. 3). En daarna ben ik gewoon doorgegaan met mijn speurwerk, ook omdat er steeds weer nieuwe bronnen opdoken.
Dat dat verder uitzoeken soms verstrekkende en onvoorziene gevolgen had was het geval bij Francina Magdalena In’tveld (1845-1883). Als vrouw van een KNIL-officier was ze overleden te Oleh-Leh, de haven van Kotta Radja, Atjeh. Ik vroeg me af of haar graf nog zou bestaan op de Europese begraafplaats aldaar, Peutjoet. Er was me al wel duidelijk geworden dat er nooit in genealogische zin iets over deze zeer grote begraafplaats was gepubliceerd. En wat was er nog over na de rampzalige tsoenami van 26 december 2004? Om die reden zocht ik rond 2006 contact met de Stichting Peutjut-Fonds. Bij toeval bleek dat een van hun plaatselijke medewerkers net een lijst hadden gemaakt van alle graven die nog over waren. Naarstig zocht ik naar iets over Francina Magdalena In’tveld, maar vond helaas niets…. Toch werd het me duidelijk dat er iets moest gebeuren met deze grote hoeveelheid aan gegevens. In overleg met het bestuur van de Stichting Peutjut-Fonds en DirkJan Rozema, de toenmalige voorzitter van de IGV, is er een toen een werkgroep geformeerd (waarvan ik het enige lid was) die zou zorg dragen voor een genealogische publicatie. Dat heeft uiteindelijk geleid tot een boekwerk van meer dan 425 pagina’s, getiteld Gevallen op het veld van eer. Al met al een dus danig uit de hand gelopen onderzoek!
Wat is je mooiste ontdekking geweest?
Een welhaast mythische figuur binnen de familie Intveld was Eugene Alphonse In’tveld (1860-1924). Hij behoorde tot de tak van de familie die altijd in Padang is blijven wonen en was machinist (en later baas) op de stoombaggermolen. Hij had naar schatting dertien kinderen, deels geboren uit twee wettige huwelijken, deels onwettig verwekt bij twee Niasse vrouwen. Over zijn nageslacht was lange tijd niet al te veel bekend.
Toch heb ik nadien nog aardig wat kunnen reconstrueren en dit dankzij James Intveld, een Amerikaanse rockabilly muzikant. In de jaren ’90 was ik hem al eens tegen gekomen tijdens het surfen op internet. Ik vermoedde eerst dat hij behoorde tot de niet-Indische tak van de familie In ’t Veld die in de 19e eeuw rechtstreeks vanuit Nederland naar Amerika was geëmigreerd. Totdat ik zag dat hij had opgetreden op een evenement van Amerindo’s in Californië. Zou het dan toch…? Via zijn management ben ik uiteindelijk met hem in contact gekomen en wat al snel bleek: zijn vader was in geboren in Padang! Dat kon haast geen toeval zijn en dat was het ook niet.
Zijn vader en moeder hadden elkaar in 1956 aan boord van de m.s. Sibajak leren kennen toen zij vanuit Indonesië naar Nederland repatrieerden. James was geboren in Venlo maar al in 1961 emigreerde hij met zijn familie naar Amerika.
Ik heb James meerdere malen in Nederland ontmoet wanneer hij hier een optreden had. Ook ben ik een keer in de gelegenheid geweest om hem in Amerika op te zoeken toen ik voor mijn werk naar Tennessee moest. Hij bleek gelukkig ook interesse in familiegeschiedenis te hebben en van hem ik vele foto’s en gegevens ontvangen. Uiteindelijk bleek dan ook dat Eugene Alphonse zijn overgrootvader was.
Waar heb je je het afgelopen jaar het meest mee beziggehouden?
Ik ben al een paar jaar bezig met het project ‘Vrouwelijke Indische Intvelds’. In de genealogie van de familie Intveld kwamen de kinderen van de dochters niet aan bod. Zij dragen immers de familienaam van de betreffende echtgenoot. Toch is dit jammer want deze kinderen maakten vaak deel uit van de grotere Intveld ‘clan’ en zijn daarom evenzeer een onderdeel van de geschiedenis van deze familie. Ook kwam het meer dan eens voor dat deze kinderen (of hun kinderen) trouwden met andere kinderen die tot dit familienetwerk behoorden. Dus om die reden ben ik dat gaan uitzoeken. Tot nu toe heb ik zeven artikelen gepubliceerd op Asal Oesoel, later De Indische Navorscher Online[i]. Nummer VIII is bijna af, daarna zijn er nog zo’n twintig afleveringen te gaan, dus ik kan nog even vooruit…
Ook heb ik de afgelopen jaren een viertal heraldisch-genealogische artikelen geschreven met betrekking tot de in Nederlands-Indie geboren marine mensen naar wie na Tweede Wereldoorlog ondiepwater-mijnenvegers zijn vernoemd.[ii]
Wat zijn je plannen voor de komende tijd?
De IGV beschikt over een uitgebreide verzameling van kopieën van passagierslijsten betreffende de repatriëring. Hiervan zijn door IGV-lid Evert van der Ploeg zeer uitgebreide digitale indexen op familienaam gemaakt. Samen met Evert ben ik bezig om deze lijsten digitaal te publiceren ten behoeve van de leden van de IGV.
Verder ben ik bezig met een genealogisch artikel over oorlogsslachtoffers bij de Zustermaatschappijen.[iii]
Tenslotte broed ik nog op een artikel over uit de Zuidelijke Nederlanden afkomstige militairen die in de periode 1820-1839 tot Ridder Militaire Willems-Orde werden benoemd vanwege krijgsverrichtingen in Oost-Indië.
[i] I: Het gezin van Adriana Maria In’tveld en William Benjamin Davidson
II: Het gezin van Maria Magdalena In’tveld en John Hart Carter
III: Het gezin van Christina Amalia In’tveld en Adriaan de Nijs van Groll
IV: Het gezin van Catharina Elisa In’tveld en Johann Henry Carl Wilhelm von Schmidt auf Altenstadt
V: Het gezin van Catharina Elisa In’tveld en Emanuel Francis
VI: Het gezin van Cornelia Louisa Intveld en William Purvis
VII: Het gezin van Juliet Elizabeth In’tveld en Frederik Schenck
[ii] Deze artikelen zijn gepubliceerd in Genealogisch Erfgoed Magazine en in Decorare (periodiek van de Studiekring Ridderorden en Onderscheidingen).
[iii] Dit waren een viertal Indische spoor- en tramwegmaatschappijen (SJS, SCS, OJS, SDS) die onder een gezamenlijke directie vielen.
Na Het artikel over Adraan Intveld te hebben gelezen, wil ik het volgende er aan toevoegen. Ik ben Ron Geenen en woont in California. Ken de country zanger James Intveld erg goed. Heb ook met zijn vader en moeder gesproken. Zijn vader had een zus die in Jakarta in het huwelijk trad met Peter Havinga. Zegt u dat wat? Peter Havinga was o.a. betrokken en bijna het slachtoffer van de bersiap moordpartij aan de djalan Olo in Padang. Hoe ik dit weet. Mijn vader Eddie Geenen is in Sawahlunto geboren en mijn moeder Claire Elisabeth Chevalier is in Padang geboren. De eerste Chevalier was officier bij de Cavalier van Napoleon.
Peter Havinga en ik dacht Els Intveld kregen in Nederland 4 kinderen. Ik ben bevriend met Ron Havinga uit Emmen. Ik doe mijn eigen onderzoeken en plaats alle gegevens en foto’s op mijn website https://MyIndoWorld.com
bedankt Ron,
voor deze informatie. Padang, toch de kleine stad op Sumatra waar veel is gebeurd, mbt de familie.
Ben er vorig jaar (2018) toch maar eens langs geweest. Voor het idee “hoe ziet het er nu uit” In een dorp ten N van Padang geweest, waarvan ik weet dat een voorvader daar woonde en werkte. Toch goed om de omgeving te zien en te “voelen”. Padang, Fort Benkulen, daarna afgezakt naar het Z en overgestoken naar Java.
Zelf heb ik tot mijn 11 de op de olievelden in de buurt van Palembang gewoond. Daarna moestev we van Sukarno naar Nederland, ofwe wilden of niet . Adriaan is een neef van me en heeft heel veel werk gedaan aan de genealogie in het algemeen,
Inez In t Veld