Dag zes: we naderen alweer het halverwegepunt van de studiereis. Vertrekken per trein van Bandung naar Gombong, het plaatsje in Midden-Java waar veel van onze voorouders hebben gewoond, lang of kort. Na afloop van de Java oorlog werd deze plaats uitgekozen voor de bouw van een groot fort, Fort Cochius, het enig perfect-achthoekige ter wereld. Het heeft nooit als verdedigingswerk gediend, maar huisvestte vanaf de tweede helft van de 19e eeuw tot ongeveer 1910 de pupillenschool, waar jongens vanaf 8 jaar een opleiding voor het KNIL konden krijgen. Veelal Indo-Europese jongens van KNIL millitairen van wie de vader was overleden of uit beeld was verdwenen. De IGV heeft in 2019 een indexeringsproject geïnitieerd van de stamboeken van het Korps Pupillen waarvan de naamklapper verloren was gegaan. Ook heeft de vereniging bijgedragen aan de publicatie van het lokale geschiedenisboek Ngomong Gombong (2020). Een van de auteurs van dit boek, Salma Nusiana, zal ons rondleiden en we hebben ook een ontmoeting met de vormgever Totok Waluyatmoko. Reden genoeg om ons te verheugen op deze dag.
De treinreis is een van de mooiste van Java, van het moderne Bandung naar small town Java, waar we worden afgelaald door een van de auteurs van het Ngomong Gombong boek, Salma, onze gids voor vandaag. Met een vintage autobus.





We gaan eerst naar Roemah Martha Tilaar, een prachtig gerestaureerd familiehuis uit 1920, in eigendom van de Chinees-Indonesische ondernemer in cosmetica- en kruidengeneesmiddelen Martha Tilaar die er een lokaal cultureel centrum in heeft gehuisvest. Daar krijgen we een heerlijke lunch begeleid door muziek. Onze gids geeft een indrukwekkende presentatie over de geschiedenis van Gombong en omgeving en het culturele erfgoed, zoals het Fort Cochius, de oude Europese begraafplaats en de Jatijajar grot.





Gewapend met deze kennis stappen we in de old-timer bus en bezoeken het fort, waar de echo’s van onze voorvaderen de lege ruimtes nog lijken te vullen.





En de Europese begraafplaats, in de jaren 1930 beschreven in de Genealogische en Heraldische Gewenkwaardigheden van P.C. Bloys van Treslong Prins, waar zij en latere generaties soms hun laatste rustplaats vonden.





Een aantal van ons bezochten in de buurt van Kebumen de Jatijajar grot, om met eigen ogen de grot met de honderden namen te bekijken die daar door onze voorouders op de grotwanden waren geschreven. We wassen ons gezicht in de Sendang Mawar, om onze dromen uit te laten komen, en drinken van de Sendang Kantil om jong te blijven. Ten slotte krijgen we koffie bij Kopi Kabumian, op traditionele manier gezet met Liberika, een zeldzame koffiesoort die hier lokaal geteeld en gebrand wordt.




Wat zal de dag van morgen brengen?