De Indische Onderzoeker: Leo Janssen

3
1430

Ik heb geen druppel Indisch bloed, maar heb sinds mijn jeugd wel iets met Indië. Mijn vader is geboren in Meester Cornelis omdat mijn opa daar lange tijd als architect werkzaam was, een oom van mij is door de Japanners in februari 1942 geëxecuteerd te Balikpapan als represaille voor het in brand steken van de olieinstallaties van de Bataafsche Petroleum Maatschappij, en een andere oom heeft in een onderzeeboot de slag in de Javazee overleefd. Dus van alle ‘buitenlanden’ voelde dat verre Indië het meest vertrouwd.

Mijn interesse in geschiedenis werd gewekt door de meester van de lagere school die er, aan de hand van schoolplaten zoals “De Noormannen bij Dorestad” of “De Hollandsche Infanterie bij de brug over de Berezina” fantastische verhalen over kon vertellen. Van genealogie had ik toen nog nooit gehoord, hoewel ik, toen ik een jaar of 12 was, wel al geprobeerd had mijn uit Limburg stammende familie Janssen uit te zoeken, maar daarbij kwam ik niet verder dan de vader van mijn opa omdat van hem een bidprentje bewaard was gebleven.

Hoewel ik een technische opleiding heb genoten en mijn gehele werkzame leven ook in een technische omgeving op een laboratorium heb gewerkt, had ik toch meer met talen. Naast mijn werk studeerde ik Engels en doordat ik lange tijd een Duitse vriendin had, spreek ik redelijk goed Duits. Dit laatste kwam goed van pas toen de vader van mijn Indische schoonzusje mij vroeg of ik zin had om de geschiedenis van zijn oorspronkelijk uit Duitsland stammende familie Hoff uit te gaan zoeken. De combinatie van geschiedenis en stamboomonderzoek bleek, achteraf gezien, mijn startpunt van “genealogische verslaving”. Nadat ik het bestaan van het CBG had ontdekt, vernam ik daar van een andere genealogische onderzoekster dat er sinds kort een Indische Genealogische Vereniging was opgericht. Daar werd ik lid van en kwam zo in contact met Peter Christiaans met wie ik tot zijn vroegtijdig overlijden nauw heb samengewerkt en die mij alle kneepjes van Indisch genealogisch onderzoek heeft bijgebracht.

Het onderzoek naar de familie Hoff voerde mij naar de stad Gelnhausen in Hessen waar ik in contact kwam met de stadsgids. Hij was de kleinzoon van de eerste na-oorlogse burgemeester die naast zijn ambtelijke taken als grootste hobby de geschiedenis van de stad en haar bewoners had gehad. Uit de aantekeningen van zijn opa bleek dat de stamvader van het Indische geslacht Hoff, zoon van de stadsapotheker, als chirurgijn met een door de VOC aangekocht Württembergs huurlingenregiment, in de volksmond het “Kaapregiment” genaamd, via de Kaap naar Java was gekomen. Behalve de familie Hoff stammen overigens ook families als Brodhaag, Von Franquemont, Nagel. Schmidgall, Von Winckelmann en Von Wolzogen af van deze Württembergse soldaten.

Omdat ik op mijn werk veel met een tekstverwerker op de computer werkte, vroeg Christiaans mij of ik de lay-out van het kwartaalblad “De Indische Navorscher” een wat professioneler uiterlijk kon geven, wat ingaande jaargang  4 (1991) gebeurde. Dit heb ik volgehouden tot en met jaargang 20 (2007) toen de Navorscher een jaarboek werd.

Daar primaire bronnen voor Indisch genealogisch onderzoek toen dun gezaaid waren (de verfilming van de Indische Burgerlijke Stand door de Latter Day Saints doorgaans “mormonen” genaamd, was begin jaren ‘90 nog niet echt bekend), nam Christiaans het initiatief tot het publiceren van bronnen in een uit te brengen serie “Bronnenpublikaties van de Indische Genealogische Vereniging” waarvan het eerste, door hem samengestelde deeltje in 1991 verscheen. Ook van deze serie verzorgde en verzorg ik nog steeds de vormgeving. Was het in het begin nog moeilijk om een deeltje vol te krijgen met genealogisch materiaal, is er met de digitalisering van de door de LDS verfilmde Indische Burgerlijke Stand een ware vloedgolf aan primair bronnenmateriaal beschikbaar gekomen; helaas wel met het nadeel dat dit materiaal uitsluitend in een van hun “Centra voor Familiegeschiedenis” in te zien is. Maar daar ik al een kleine 30  jaar één dag in de week in het centrum te Amsterdam BS-akten download en thuis in mijn computer invoer, gaat de serie “Bronnenpublikaties” onverminderd voort en zijn er inmiddels 34 deeltjes verschenen. Naast mijn project om alle 19e-eeuwse Bataviase huwelijken te publiceren, zitten publicaties over Malang en Buitenzorg ook in de pen.

Door het beschikbaar komen van de Indische Burgerlijke Stand kunnen ook de hiaten in reeds gepubliceerde genealogieën ingevuld worden. Dit gebeurt in de artikelenreeks “Aanvullingen en Verbeteringen” waar ik actief aan meewerk; niet omdat ik een betwetertje ben, maar omdat ik vind dat een IGV-genealogie moet streven naar de hoogste graad van betrouwbaarheid en dat deze artikelenreeks daardoor bijdraagt aan de genealogische kwaliteit van onze vereniging.

Tegenwoordig houd ik mij dus voornamelijk bezig met het ontsluiten van bronnen hoewel ik zijdelings ook nog aan enkele Indische genealogieën werk. Zo staat het publiceren van de nazaten van de legendarische militair Toontje Poland -een overzicht dat al bijna 20 jaar in mijn computer zit- hoog op mijn ‘to do’-lijst.

Dat de IGV in de ruim 30 jaar van haar bestaan uitgegroeid is van een klein clubje mensen die iets met Indisch genealogisch onderzoek hadden, tot een bloeiende vereniging met 1000 leden, hebben de oprichters zich vermoedelijk amper kunnen voorstellen. Maar feit is dat steeds meer Indische jongeren interesse krijgen in het uitzoeken van hun ‘roots’. Voor de toekomst zal daardoor een steeds grotere behoefte ontstaan niet alleen aan het publiceren van bronnen sec, maar ook aan het aangeven van waar bronnen te vinden zijn. Een prachtig voorbeeld daarvan is het recent geopende “Indisch Archief” op de website van de IGV, waarin IGV-lid Dennis van der Jagt talloze bronnen voor Indisch genealogisch onderzoek toegankelijk heeft gemaakt en nog steeds maakt.

Al met al is de wens, zoals verwoord bij de oprichting van de IGV, om “richting te willen geven aan Indisch genealogisch onderzoek”, in mijn ogen de afgelopen drie decennia meer dan volledig waargemaakt.

3 REACTIES

  1. Beste Leo Jansen,
    Aangezien u een onderzoek doet over de nazaten van Toontje Poland,
    vermeld ik hierbij dat ik een nazaat van hem ben.
    Hij is míjn betovergrootvader.

  2. Beste Leo Jansen,
    ik ben zeer aan uw onderzoek betreffende de familie Hoff geinteresseerd omdat Johann Jacob Heinrich (Hendrik) Nagel, de grondlegger van een Indische Nagel tak de stiefzoon van Johann Jacob Hoff uit Gelnhausen (Hessen) is. Ook verderop in de tijd zijn mij verschillende Nagel – Hoff huwelijken bekend die ik graag door het naast elkaar leggen van gegevens wil valideren.

  3. Dag meneer Leo Janssen,
    Eindelijk heb ik u gevonden. Mijn naam is Frits Hoff (24 03 1956) en ben op zoek naar enkele exemplaren (3) van het boek “Het Indische geslacht Hoff” en 3 “verse” stambomen van het Indische geslacht Hoff.
    Ik neem aan dat ik dat bij u kan bestellen. Onder het motto “hij of zij die het verleden niet respecteert , is het heden niet waard” ben ik het Hoff-archief alhier (Melick) aan het opschonen, restaureren en aan het vullen. Vandaar.
    Contactgegevens:
    Frits Hoff
    Parklaan 58
    6074CL MELICK
    06 42 45 90 91 (u mag gerust bellen)

    Met vriendelijke groet,

    Frits Hoff

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.