De Denisovan in Ons

0
3780

In het nieuws: sommige bevolkingsgroepen in het oosten van de Indonesische archipel, Nieuw-Guinea, Australië en Polynesië dragen een grote hoeveelheid Denisovan-DNA in zich, tot wel 4-6 procent. Hoe zit dat? En hoeveel van dit oermens-DNA is via de koloniale route in Nederland terechtgekomen?

Denisovans zijn een vrij recentelijk ontdekte menssoort, die meer lijkt op de Neanderthaler dan op de moderne mens. De gemeenschappelijke voorouders van moderne mens en Neanderthaler leefden 500.000 tot 1 miljoen jaar geleden, terwijl de Neanderthaler en de Denisovan 200.000 tot 400.000 jaar geleden van elkaar afsplitsten.

Hoe denken wij eigenlijk over Neanderthaler-achtigen? Onaantrekkelijke, onintelligente bruten, die de strijd om het bestaan hebben verloren van ons, de slimme, moderne Homo sapiens. Maar waren ze werkelijk zo dom? In ieder geval deden ze niet onder voor hun zogenaamd modernere tijdgenoten wat betreft het gebruik van gereedschappen, het begraven van hun doden en het maken van abstracte kunst. Ze hadden een minstens even grote schedelinhoud. En dat onaantrekkelijke, daar dachten onze voorouders wellicht anders over, want Neanderthaler-achtigen en ‘moderne’ Homo sapiens hebben zich op grote schaal vermengd. Ze leven daarom nog in ons voort.

DNA

Hoe weten we dat? Door DNA-technologie. In 2000 werd het DNA van de eerste Neanderthaler-fossielen geanalyseerd, en in 2009 dat van de eerste Denisovan, die zijn naam ontleent aan de grot in Siberië waar hij werd gevonden, vernoemd naar de 18e-eeuwse kluizenaar Denis. De grote verassing van dat fossiel was dat het DNA duidelijk erg veel verschilde van de tot dan toe bekende Neanderthalers, maar iets dichter bij de Neanderthaler lag dan bij de moderne mens. Een nieuwe menssoort was ontdekt (zie figuur 1).

Heeft u voorouders uit de Molukken of Papua Nieuw-Guinea, dan bent u waarschijnlijk meer Denisovan dan u dacht

Door het DNA van Neanderthalers en Denisovans te vergelijken met het DNA van huidige bevolkingsgroepen uit de hele wereld, werd duidelijk dat de meeste mensen een paar (1-2) procent Neanderthaler-DNA in zich dragen, met uitzondering van zwart Afrika. Maar het Denisovan-DNA werd alleen aangetroffen in Nieuw-Guinea en het Oceanische eiland Bougainville. Het percentage Denisovan-DNA in deze bevolkingsgroepen was verrassend hoog, tot 4-6 procent – deze percentages waren bij nader inzien een tikje te hoog ingeschat en we houden het nu op 3 procent.

Nauwkeuriger onderzoek liet zien dat ook de bevolking in het oostelijk deel van Indonesië, in het bijzonder op de Molukken, vrij veel Denisovan-DNA in zich droeg; ongeveer een derde van dat van Papua’s en inwoners van Bougainville. In het westen van Indonesië, inclusief Java, was de hoeveelheid Denisovan-DNA erg laag, net zoals in de rest van de wereld.

De verspreiding

Figuur 2. Herman Keppy (links) en zijn vader, 1961.

Het is geen geheim, vooral niet voor leden van de IGV, dat zich in het midden van de vorige eeuw enkele honderden Papua’s en enkele duizenden Molukkers in Nederland hebben gevestigd, en zich rijkelijk met de Nederlandse bevolking hebben vermengd. Hoeveel Denisovan-DNA is er via deze weg in Nederland terechtgekomen?

We onderzoeken het DNA van Herman Keppy (figuur 2), het product van een Molukse vader en een Nederlandse moeder. Een etniciteitsschatting laat zien dat zijn DNA inderdaad voor ongeveer 50 procent uit Europa afkomstig is, en voor ongeveer 50 procent uit Oost-Azië. Van het Aziatische gedeelte is 30 procent Papua en 70 procent afkomstig uit andere gebieden in Azië (zie figuur 3). Die 70-procent-gebieden zijn typisch voor Indische Nederlanders die afstammen van meer westelijke bevolkingsgroepen zoals Javanen en Madurezen. Bij Nederlanders met roots in Java en Sumatra zien we vaak ook een behoorlijke hoeveelheid Zuid-Indiaas DNA.

Figuur 3. Etniciteitsschatting van publicist Herman Keppy op grond van een commerciële DNA-test (MyHeritage) en de Harappaworld Admixture tool van GedMatch

Die hoeveelheid van 30 procent Papua-DNA in Hermans Aziatische deel klopt aardig met de gegevens uit de Molukken, waar ongeveer 1 procent Denisovan-DNA werd aangetroffen. Uit een kleine rekensom zou je kunnen opmaken dat met 12.500 Molukkers en 300 Papua’s er zo’n 134 Denisovan-equivalenten aan DNA Nederland zijn binnengestapt. Maar deze rekensom klopt niet, omdat niet alle Denisovan-genen bewaard zijn gebleven gedurende de 20.000 jaar sinds de Denisovans en de moderne mens zich voor het laatst vermengden. Er zijn gebieden waar in het DNA van Papua’s en Ocianen nooit Denisovan-DNA wordt aangetroffen.

Maar welk Denisovan-DNA is er wel, en heeft het bezit daarvan voordelen voor de moderne mens? Het onderzoek hiernaar staat nog in de kinderschoenen, want het gaat om honderden genen die elk een rol spelen bij vele processen in het lichaam. Een eerste duidelijk voorbeeld van een Denisovan-genvariant die ‘wat doet’, is een variant van EPAS1. Dit gen heeft Tibetanen geholpen zich aan te passen aan het hooggebergte. In Zuidoost-Azië zouden Denisovan-genen een rol kunnen spelen in het vetmetabolisme, maar details ontbreken nog.

Uitgestorven

Behalve als stukjes DNA in moderne mensen zijn de Denisovans uitgestorven. De jongste fossielen zijn 30.000 jaar oud, en de laatste keer dat Denisovans zich met Homo sapiens vermengden wordt geschat op 20.000 jaar geleden.

Figuur 4. Ontstaan en uitsterven van mensensoorten vanaf circa 3 miljoen jaar (Mya) geleden. De stamboom is gebaseerd op DNA en paleontologisch onderzoek. Dikke gekleurde (uitgestorven soorten) en zwarte (moderne mens) segmenten geven periodes aan waar concrete aanwijzingen zijn gevonden (uit fossielen en/of DNA). Soorten in groen leefden (ook) in de Indonesische archipel. Aangepast uit Longrich (2019)

Hoe is dat uitsterven gegaan? Daarover zijn de meningen verdeeld, maar het ziet er niet goed uit voor de moderne mens. Paleontologen hebben aanwijzingen voor niet minder dan negen mensachtige soorten die 300.000 jaar geleden op aarde rondliepen en allemaal in een relatief korte periode, tot 10.000 jaar geleden, zijn uitgestorven, behalve één (zie figuur 4). Die ene – inderdaad, dat zijn wij – expandeerde juist gedurende die tijd. Drie van de uitgestorven menssoorten leefden gelijktijdig met ons in de Indonesische/Oceanische archipel (figuur 4, groen). We weten dit op grond van fossielen (Homo florensiensis, Homo erectus, de ‘Javamens’ van Eugene Dubois) of op grond van DNA (Denisovans). Volgens Nick Longrich, senior lecturer Paleontologie en Evolutionaire biologie aan de University of Bath, zijn de andere menssoorten door de samenwerkingskunst en de agressiviteit van de moderne mens verdreven en uitgemoord. Wij hebben daar bepaald een traditie in, waarbij de intelligente Neanderthalers en de Denisovans het nog lang hebben kunnen volhouden. Bruut? Misschien waren ze gewoon te vriendelijk.

Dit artikel verscheen eerder in Indies tijdschrift 2020 #2.

Verder lezen

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.