Indonesische Onderzoekers: Arnoud Haag en Anneke Pieket

0
2384

Ieder kwartaal besteden we aandacht aan Indische onderzoekers, waar zijn ze mee bezig, wat drijft hen? Deze keer zijn het Indonesische Onderzoekers, want Arnoud Haag en Anneke Pieket bestuderen het Indonesische erfgoed ter plekke vanuit hun woonplaats, Jakarta. Ze hebben zich intensief beziggehouden met het beschrijven van de museale begraafplaats Tanah Abang. We laten ze hier aan het woord.

Wat een magistraal project, vandaar een paar vragen. Om te beginnen, waar komt uw interesse voor Indische / Indonesische geschiedenis vandaan?

Arnoud: ik heb van 1978 tot 2006 full-time en daarna nog een aantal jaren part-time in Indonesië en andere landen gewerkt op het gebied van land- en waterhuishouding in dienst van het Nederlandse bureau Euroconsult, destijds onderdeel van Arcadis. Ik ben getrouwd met een Indonesische en na mijn pensionering hier blijven “hangen”.

Anneke: ik woon sinds zeven jaar in Indonesië waarvan de laatste drie jaar jn Jakarta. Voor dit specifieke project was men op zoek naar Nederlands sprekenden, en het onderwerp, museum Prasasti sprak mij erg aan. Het is een rustplek in de drukte van de binnenstad. Ik ben dagelijks druk met een aantal liefdadigheidsprojecten en dit was een prettige aanvulling. Het is prettig (blijvend) bij te dragen aan de culturele ontwikkeling van mijn gastland.  

Wij zijn beiden actief lid van de Indonesian Heritage Society, IHS, een vereniging op cultureel en historisch gebied met zowel expats als veel Indonesische leden. Een belangrijke activiteit is het organiseren van de dagelijkse rondleidingen in het Nationaal Museum in verschillende talen. Voor de training van onze gidsen hebben we de laatste jaren veel aan collectie-inventarissen gedaan. Dat laatste ook voor het Jakarta Historisch Museum waar Taman Prasasti in Tanah Abang een onderdeel van is.

Hoe ontstond het idee om de begraafplaats te inventariseren?

Arnoud: Belangstelling voor het Nederlands-Indische verleden heb ik van huis uit meegekregen van familie die hier in het verleden gewoond en gewerkt heeft. De interesse voor het inventariseren van Taman Prasasti is drieledig. Ten eerste omdat het me altijd stoorde dat de oorlogsgraven zo prachtig bijgehouden worden door de Oorlogsgravenstichting maar niemand zich bekommert om deze graven terwijl Indonesië wel moeite doet om ze te bewaren. Ten tweede omdat er bij het museum geen enkele lijst voor bezoekers lag en bestaande lijsten onvolledig waren en vol fouten. Ten slotte was het prettig samenwerken met het Jakarta Historisch Museum, Museum Sejarah Jakarta. Ik heb in het verleden ook meegeholpen met het (re-)inventariseren van hun collecties meubels, schilderijen, wapens, en maten en gewichten. Het beter toegankelijk maken van de collectie van het museum geeft mensen de mogelijkheid om ervan te leren en er gebruik van te maken. Door meer mensen te trekken wordt het voor de Indonesische overheid ook duidelijk dat investeren (in tijd en energie) zijn vruchten afwerpt. 

De begraafplaats is nu een museum. Hoe is dat in zijn werk gegaan?

De begraafplaats was oorspronkelijk veel groter maar na sluiting in de jaren ‘70 heeft een groot deel plaats moeten maken voor stadsontwikkeling. De toenmalige gouverneur (burgemeester) van Jakarta, Ali Sadikin, had echter veel oog voor historie en heeft een deel gered door er een museum van grafstenen van te maken. Ali Sadikin heeft overigens meer musea op historisch/cultureel gebied opgezet, en het Museum Sejarah Jakarta is ook dankzij hem terecht gekomen waar het hoort: in het oude stadhuis van Batavia.

Hoe lang heeft het geduurd voordat alles was geïnventariseerd?

We zijn begonnen in maart 2019. Behalve wij tweeën was de staf van het museum betrokken voor het (opnieuw) aanbrengen van inventarisnummers en het fotograferen van de stenen. Anya Robertson, vice-chair van de IHS, hield een toeziend oog.

Waren er nog verrassingen?

Geen geweldige ontdekkingen. Er liggen diverse belangrijke personen maar dat was allemaal al bekend. Ik vond er een dorpsgenoot uit Velp, Gelderland, Monseigneur Staal waarvan ik nog nooit gehoord had. Hij heeft een boeiend en ondernemend leven geleefd. Anneke: ik vond het ook fascinerend om de hoeveelheid kindergraven te zien. Wat een verdriet voor sommige families om meerdere kinderen op jonge leeftijd te verliezen. Ik vond het wel mooi dat ondanks hun vaak korte bestaan hun namen opgeschreven worden en er iemand bij hen stilstaat. 

Wat zijn uw plannen voor het komende jaar?

We gaan nog heel even door met een paar graven in het Museum Wayang (onder andere Jan Pieterszoon Coen), de Portugese Buitenkerk (onder andere Gouverneur Generaal Zwaardecroon), en de Engelse kerk, maar we hebben nog geen andere begraafplaats-plannen. We willen wel nog wel meer biografische gegevens verzamelen, niet alleen van de bekende maar ook van minder bekende personen. En mocht er behoefte bestaan dan zijn we altijd bereid om gasten rond te leiden op Tanah Abang.

Een laatste opmerking: het museum is nog bezig met herschikking van nogal wat van de kleinere grafstenen. En, naar schatting meer dan honderd gebroken stenen liggen in een afgesloten gedeelte van de begraafplaats. Als er personen zijn die willen meehelpen / meedenken hoe deze te preserveren en inventariseren, neem graag contact met ons op! 

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.